Bladzijde 90 – Wisselteelt

Door elk jaar de aardappelen en elke soort groente een andere plek te geven in de tuin, voorkom je dat de grond uitgeput raakt. Bovendien voorkom je dat je groentes en aardappelen last van ziektes krijgen.

Maak dus ieder jaar een nieuwe indeling voor de moestuin. Verdeel daarvoor de tuin in vakken. De composthoop, fruitbomen, kruiden en bessenstruiken hoeven niet ieder jaar verplaatst te worden. Het stuk dat overblijft voor de groentes, vruchten en aardappelen verdeel je in vakken met soorten die bij elkaar horen. Bijvoorbeeld: in het eerste vak zet je aardappelen, in het tweede vak koolsoorten, in vak drie wortelgewassen, in vak vier bladgroente en in vak vijf vruchten (pompoenen en courgettes). Hoe je de vakken verder indeelt, mag je helemaal zelf bedenken. Zorg wel dat de vakken allemaal ongeveer even groot zijn, want een kleiner vak kan het ene jaar goed uitkomen, maar een volgend seizoen te klein of te groot blijken te zijn.